De beelden van deze schilderijen heb ik gedroomd. Het
sleutelwoord is structuur; een schema van gevoel. Ik ga na
wat het gevoel heeft veroorzaakt en dan verschijnt er een
beeld; een soort conclusie van de droom. Dan pak ik mijn
schetsboek dat naast mijn bed ligt. Het beeld stuurt mijn
potlood, al tekenend wordt mij duidelijk hoe het beeld in
elkaar steekt en ook het gevoel bij het beeld wordt
sterker, de kleur, het materiaal (hout, stof, schuimplastic
etc). Zie ook hoofdstuk schetsboek.